donderdag 27 januari 2011
Renaissance
Renaissance
De renaissance was een belangrijke periode in Europa. Deze periode start op in de 14e eeuw in Italië, waarna deze beweging zich uitspreidde over de rest van Europa.
De renaissance dat vertaald wedergeboorte betekende, kreeg deze naam omdat er een nieuwe tijd aanbrak. Deze nieuwe periode werd gekenmerkt doordat de mensen centraler kwam te staan.
Door deze nieuwe kijk op het leven die ontstond, ontstonden er veranderingen op allerlei verschillende gebieden ontwikkeld. Er kwam zoal een nieuwe kijk op de wetenschap, hierbij werden eerdere vertaalde boeken beter vertaald en werd er meer onderzoek gedaan in anatomie. Ook was er sprake van een verandering in de beeldende kunst, hierbij werd er meer gekeken naar de werkelijke schoonheid van de mens. Naast nog vele veranderingen in deze periode was er ook een grote verandering in de architectuur.
In de architectuur ontstond er een hernieuwede belangstelling voor vormentaal. Deze vormentaal werd gebaseerd op de oudheid van de Romeinen. De architecten zochten naar mooie verhoudingen en een nieuwe ruimte- en massawerking.
De verhoudingen werden gezocht in de oudheid. De vormen uit de oudheid waren ter vervanging van de gotische elementen. Op een gegeven moment gaan de architecten studies uitvoeren op teksten over klassieke teksten zoals van Vitruvius. Door deze studies kwamen ze erachter dat de schoonheid van bouwkunst steunt op een juiste verhouding tussen breedte en hoogte. Hieruit ontstaat de eenheidsmaat, ook wel modulus.
De ruimte- en massawerking die ontstaat is centraal bouw. Hierbij word een gebouw samengesteld uit eenvoudige massa’s zoals kubus, cilinder en halve bol die afzonderlijk duidelijk te onderscheiden zijn.
Door deze onderzoeken en bevindingen ontstaan er nog een aantal kenmerkende elementen die steeds werden gebruikt bij de gebouwen, zoals:
Het meest kenmerkend in de architectuur tijdens deze periode was dat er veel klassieke stijlelementen in de gebouwen werden gebruikt. Een zuiver renaissance ontwerp moest voldoen aan de modulus, een systeem van regels. De Romeinse bouwkunst kan terug gevonden worden door de kolommen die werden toegepast.
Daarnaast was een belangrijk kenmerk dat er naar composities gestreefd die uit een ‘stuk’ bestond, hierdoor bestond er een massievere stijl van bouwen. Door dit streven werd er vaker in horizontale richting gebouwd dan verticale richting. Hierbij werden de richtingen versterkt door op de oudheid gecreëerde stijlelementen. Voor de horizontale richtingen werd gebruik gemaakt van door zuilen en pilasters en bij de verticale richting werd er gebruik gemaakt van sier- en kroonlijsten.
In de gebouwen en landschappen die ontworpen werden in de renaissance, werd ook gebruik gemaakt van symmetrie assen. Door deze symmetrieassen ontstond er een duidelijke en aanwezige centrale ruimte die onderdeel was van centraal bouw.
woensdag 26 januari 2011
San Andrea & Verhoudingen
San Andrea & Verhoudingen
Sant 'Andrea in Mantua is de laatste van Alberti’s kerken maar het is de meest complete, en die waarin zijn bedoelingen het duidelijkst zijn. Het neemt de vorm van een Latijns kruis, maar er zijn aanwijzingen dat Alberti een basilicale plattegrond ging gebruiken. De beschrijving in Alberti’s verhandeling zijn op grond van de rekening van Vitruvius, alleen in de aanwezigheid van de ongebruikelijke verhouding van 5:6. De systematische strategie die Alberti gebruikt om elk detail van het gebouw te brengen in een samenhangend ruimtelijk kader, met betrekking tot de waarneming van het lichaam, mag niet worden gezien als een abstracte oefening, maar als een omhullende web van betekenis.
De gevel is gebouwd aangrenzend aan een reeds bestaande klokkentoren (1414) en is gebaseerd op de systematiek van de oude Boog van Titus. -
Het is grotendeels een baksteen structuur met gehard stucwerk dat wordt gebruikt voor de oppervlakte. De gevel word gedefinieerd door een grote centrale boog, geflankeerd door corinthische pilaren Er zijn kleinere openingen naar rechts en links van de boog. Een nieuw aspect van het ontwerp was de integratie van een lagere orde, bestaande uit de gecanneleerde corinthische zuilen, bestaande uit de grotere, rechte, glade pilasters in plaats van de griekse pilaren. Het geheel wordt bekroond door een fronton en daarboven een gewelfd structuur, waarvan het doel niet precies bekend is, maar vermoedelijk om het venster schaduw opening in de kerk achter te bedekken
Een belangrijk aspect van het ontwerp van Alberti was de correspondentie tussen de gevel en de verhoudingen van het interieur, zowel de uitwerkingen van de triomfboog motief. Het schip van het interieur is overdekt door een enkele boog die is doorgetrokken over de volledige lengte, een van de eerste keren dat deze vorm gebruikt is, op een monumentale schaal sinds de oudheid. Het voorbeeld van de Basiliek van Maxentius in Rome. Oorspronkelijk werd het gebouw gepland zonder dwarsbeuk of dwarsschip en mogelijk zelfs zonder een koepel. Deze fase van de bouw meer of minder eindigde in 1494.
In 1597, werden de construcite elementen toegevoegd en de grafkelder gerealiseerd. De massieve koepel (1732-1782) werd ontworpen door Filippo Juvarra, en de laatste versieringen op het interieur werden toegevoegd onder Paolo Pozzo en anderen in de late 18e en vroege 19e eeuw
Het doel van het gebouw was het vestigen van de pelgrims tijdens het feest van Hemelvaart, dat de gelovigen pleiten, bevat het bloed van Christus, het word naar boven genomen van de grafkelder door een gat direct in de vloer onder de koepel De relikwie, genaamd Preziosissimo Sangue di Cristo (Het meeste dierbaar bloed van Christus), is bewaard gebleven in de heilige vaten, volgens de traditie werd het gebracht aan de stad Mantua door de Romeinse centurion Longinus. Hierdoor werd het gebouw zeer vereerd tijdens de Renaissance.
Deze drie Verhoudingen zijn eeenvoudig, dus juist voor de kleine platvormen.Vervolgens nog drie verhoudingen, juiste voor de midden platvormen
Eerst de dubbele, die de beste is
ten tweede, de Sesqialtera verdubbeld;
en ten derde, de Sesquitertian verdubbeld
De tweede is gevonden door het nemen van een plein, het vinden van de vijfde van de sesquialtera, en een uitbreiding van het gebied door dat bedrag, en vervolgens op zijn beurt, uitbreiding van dat gebied met zijn vijfde:
Zo wordt de lengte groter, door de breedte plus een dubbele Aandeel, een Tone meer
Het derde deel wordt gevonden door hetzelfde te doen met het plein en de vierde
Lange platvormen: Double sesquialtera, Double Sesqitertia, en vierpersoonskamers.
eigen samenvatting Alberti's:
klein: 1:1, 2:3, 3:4
Midden: 2:4. 4:9, 9:16
Lang: 1:3, 3:8, 1:04
Albertis Ideale Kerk
Albertis Ideale Kerk
Er is een rijk beeld van de ideeën achter de kerken uit de vijftiende en zestiende eeuw. in feiten , de eerste architecturale verhandelingen van de renaissance, Alberti’s “De re aedificatoria” omschreef het eerste programma over de ideale kerk van de renaissance. Het zevende boek uit deze reeks bevatten het gebouw en de detaillering van “heilige architectuur”. Albertis Interesse naar wenselijke vormen voor tempels, zijn synoniem voor kerken, begint bij de circle. Ook de natuur geeft de voorkeur naar ronde voormen, verklaard Alberti. Zo is de aarde rond, de sterren, bomen, dieren en hun nesten.
Naast de Circle, beveelt Alberti negen geometrische basisvormen aan, binnen al zijn kerken. Hij benoemt het vierkant, Hexagoon, Octogoon, Decagoon en Dodecagoon. Al deze vormen zijn bepaald door de circle. Alberti verteld hoe je de lengte van de zijdes kan bepalen. Als additie tot de genoemde zes figuren, noemt hij nog drie ontwikkelingen van het vierkant; Vierkant plus een half, vierkant plus een derde en dubbel vierkant.
De negen basisvormen kunnen verijkt worden door koepels. Voor vloerplannen die opgebouwd zijn met vierkant als basis vorm, suggesteerd alberti een koepel aan het einde, of een centrale koeple aan beide einde van het gebouw.
Alberti geeft niet direct een voorkeur aan een basis vorm, maar is een voorstander van de ronde vormen.
Leon Battista Alberti
Leon Battista Alberti
Leon Battista Alberti was een Italiaanse schilder, dichter, taalkundige, filosoof, cryptograaf, musicus en architect uit de Italiaans Renaissance.
Hij kreeg een goede opleiding Grieks en Latijn aan de universiteit van Padua en later studeerde hij rechten aan die van Bologna
In de vijftiende eeuw was de Renaissance in Italië volop aan de gang. De Renaissancistische visie was gebaseerd op de spirituele en intellectuele autonomie van het individu en op de kracht van de menselijke rede. Dit idee ontstond geleidelijk aan uit de humanistische gedachte die de mens centraal stelde. Florence, een van de meest ontwikkelde steden van Europa op economisch, intellectueel en artistiek vlak, maakte rond 1420 kennis met de Renaissance. Brunelleschi combineerde er toen wetenschappelijk rationalisme met een nieuwe vormentaal. Met zijn bouwwerken kreeg de stad haar Renaissancistische uitzicht. Alberti onderscheidde zich door zijn literaire achtergrond van Brunelleschi en andere voorgangers, die eerder vakmannen waren. Hij nam dan ook vaak afstand van de constructieve aspecten van zijn ontwerpen en liet die over aan andere architecten.
Florence
Façade Palazzo Rucellai: Het project voor de familie Rucellai waarbij een nieuwe gevel voor verschillende huizen werd geplaatst, ving vermoedelijk aan rond 1457. Opmerkelijk is dat dit palazzo indruist tegen het toen gangbare beeld van de vijftiende-eeuwse Medici-paleizen. Zo is bijvoorbeeld de rustificatie minder uitgesproken. Er is compensatie door drie banden van pilasters die de ramen en deuren kaderen. Hoewel het Medici-model gangbaar bleef in Florence, is dit paleis zeker van grote invloed geweest. Hier plaatst men vraagtekens bij de naam van Alberti als architect.
Façade van de Santa Maria Novella: Opnieuw een Rucellai-project. Alberti vulde het bestaande deel uit de dertiende eeuw aan. Er wordt gesuggereerd dat Alberti sommige van de Gotische vormen van het onderste deel gebruikte, telkens goed overwogen, om zo met de oude stijl te compromitteren of die zelfs te reconstrueren. Bijzonder is de methode van Alberti: hij relateert de verschillende delen aan elkaar door simpele numerieke verhoudingen. Als module wordt een groot vierkant gebruikt waarin de hele façade kan beschreven worden.
Rimini
San Francesco kerk (Tempio Malatestiano): Meestal wordt hier het begin van Alberti’s carrière als architect gesitueerd. De kerk werd herbouwd vanaf 1446 in opdracht van Sigismondo Malatesta, met de intentie een herinnering te maken aan zichzelf, zijn vrouw Isotta en de leden van zijn hof. Dat bij het herbouwen van de kerk de glorie van God een secundaire gedachte was, is duidelijk. Alberti’s ontwerp voor de façade van de kerk was dan ook gebaseerd op de klassieke triomfboog. De boog van Constantijn diende Alberti waarschijnlijk als model, al zijn er ook vele details direct uit de boog van Augustus overgenomen. De kerk werd echter niet afgewerkt, maar Alberti’s intenties konden afgeleid worden uit het reeds gebouwde deel, de briefwisseling tussen Alberti en diens assistent Matteo de’ Pasti, als ook uit een medaille van Matteo de’ Pasti. Alberti’s ontwerp was erg klassiek, toch liggen de details van Tempio Malatestiano dichter bij de Venetiaanse Gotische vorm, die beter gekend was bij Matteo.
Mantua
San Sebastiano: De bouw van de San Sebastiano begon in 1460. Toen Alberti stierf in 1472 was het werk nog niet voltooid. Als gevolg hiervan zijn veel van Alberti’s oorspronkelijke ideeën verloren gegaan. Het bouwplan was gebaseerd op een Grieks kruis.
Sant'Andrea: In tegenstelling tot de San Sebastiano, is het bouwplan van de Sant'Andrea gebaseerd op een Latijns kruis. Deze kerk werd slechts twee jaar voor de dood van Alberti ontworpen. Een assistent van Alberti bekommerde zich verder om de bouw, maar grote delen van de kerk waren nog niet afgewerkt tot de achttiende eeuw. Opnieuw zijn er sterke vermoedens dat wijzigingen aan de ideeën van Alberti in het werk slopen. Opmerkelijk is dat in de Sant'Andrea geen zijbeuken zijn (zoals bijvoorbeeld wel het geval is in de twee Florentijnse kerken van Brunelleschi). Het ontwerp is gebaseerd op Romeinse prototypes, de Thermen van Diocletianus en de Basilica van Constantijn. Er is een enorm schip met een tongewelf, begrensd door kapellen.
Gulde snede
Twaalf is het harmonisch midden van 9 en 18 en verdeeld het octaaf in kwart en
een kwint.
12 vinden we terug in de uiteinden van de vleugels, terwijl 20 (diepte vertrekken
in hal) vinden we terug in de middelste groep vertrekken.
Met andere woorden: de 3 groepen vertrekken van de vleugel herhalen en
ontwikkelen het thema van het hoofdgebouw. Tegelijkertijd zijn de maten van
de 3 groepen van de vleugels met elkaar gelijk de kleinste vertrekken als
9:10:12 (kleine hele toon en kleine terts) de grootste vertrekken als 16:18:20
(grote en kleine hele toon) De lengte van de vertrekken 20 en 32 (buitenste
groep) verhouden zich als 5:8 (kleine sext, of kleine terts plus kwart 20:24:32)
Twaalf is de grondtoon van het gebouw keert terug in: breedte van de
fonteingoot aan einde hoofdas en in de breedte van de colonnade
Quotiënten van grondgetal 12 zijn 6,3,4 zijn toegepast in het kleinste vertrek van
het huis en in de nissen en de omgang van de exedra die naar de goot voert. De
diepte van het binnen hof 32 voet komt overeen met de lengte van de buitenste
groepen en de breedte van de exedra 60 voet, is het 5voud van 12 of het 3voud
van 20
Palladio's verhoudingen
Andera palladio gebruikt zeven sets van de mooiste en meest harmonieuze verhoudingen die moeten worden gebruikt bij de bouw van de kamers
hij koos metingen die de consonanten van de muziek weerspiegelen
Vergelijk deze met de toonladder van Pythagoras, die zagen we hierboven:
De uitzondering is de onmeetbare deel van de kant van het plein op de diagonaal, of 1: wortel van 2.
(Dit percentage komt vaak voor in zowel architectuur en schilderkunst)
Voor de hoogt van de kamers gebruikt palladio drie soorten proportiesystemen
Palladio: het rekenkundig gemiddelde
Een ruimte van twaalf voet lang en zes voet breed, de som van 6 en 12 word 18, daar de helft van is 9 Dus de ruimte word 9 voet hoog
In een rekenkundig gemiddelde is: het tweede bedrag overstijgt de eerste met hetzelfde bedrag als de derde overstijgt de tweede, net als in 2:03:04. Drie overstijgt twee door hetzelfde bedrag dat vier overstijgt drie.Of, in het voorbeeld Palladio's:
9 overstijgt 6 bij 3,
dat is hetzelfde bedrag, waarvan 12 overstijgt 9
Praktisch betekent dit dat zij de lengte en de toe te voegen aan de breedte, dan het resultaat te delen in de helft, zoals Palladio beschreven
Palladio: De geometrisch gemiddelde.
Als de lengte en de breedte van de kamer bekend is, vinden we dezelfde verhouding van de breedte tot de lengte als hiervoor Stel we nemen een kamer van 9 bij 4 dan zou er een hoogte uitkomen van 6
In een geometrische gemiddelde is het eerste getal in verhouding tot de tweede getal als de tweede naar de derde. a is tot b als b is tot en met c. Of a: b = b: c. In voorbeeld Palladio's;
6 overstijgt 4 door een derde van de 6 die 2 is,
net als 9 overstijgt 6 door een derde van 9, die is 3.
Of 04:06:09. Of 04:06 = 6:9.
Praktisch betekent dit, in de woorden van Palladio;
We vidnen dit door een vermenigvuldiging van de mindere extreme met de grotere, omdat de vierkantswortel van het getal, die zal voortvloeien uit een dergelijke vermenigvuldiging wat het getal zal zijn die we zoeken
In zijn voorbeeld vermenigvuldigen we de mindere extreme, of de breedte, dat is 4, met de grotere uiterste, dat is 9 tot 36 te krijgen. De wortel van 36, is 6. Dus de hoogte van de kamer: 6.
Palladio's Room Verhoudingen: het harmonisch gemiddelde:
Het is afgeleid van de sectie in Plato's Timeaus die direct opvolgt na zijn beschrijving van de Lamda (Timeaus, 6), die de samenstelling van de ziel besdchrijft
Vervolgens stelt hij (God) ingevuld in de dubbele-en treble-intervallen door het afsnijden van verdere secties en die in lege ruimtes in vullen , dus er waren twee hoofd in elke interval,
Deze links produceerd intervallen van 3 / 4 en 4 / 3 en 9 / 8 binnen het vorige met tussenpozen, en hij ging op alle intervallen van 4 / 3 vullen met het interval 9 / 8, dit links, dit vormt een interval waarvan de voorwaarden een numerieke verhouding van 256 tot 243 bedroeg.
Het harmonisch gemiddelde is het gemiddelde van meer dan een extreme en mag niet worden overschreden door de andere, door dezelfde fractie van de extremen.
Palladio gebruikt het voorbeeld van een kamer zes voet breed en vier voet lang die een plafondhoogte van acht voet heeft. Het gemiddelde, 8, is hoger dan de kleinere extreme, 6, door een derde van de kleinere extreme, 2, net als (het gemiddelde) zichzelf overtroffen door de dezelfde fractie (een derde) van de grotere extreme, 12, dat is 4 .
Dit wordt uitgedrukt als: (8-6) gedeeld door 6 = (12-8) gedeeld door 12,
of, indien b is het gemiddelde tussen de twee uitersten a en c:
(BA) gedeeld door a = (CB) gedeeld door c.
Praktisch, dit is gevonden door vermenigvuldiging van de kleinere en grotere extremen en het resultaat te delen door het rekenkundig gemiddelde in het eerste voorbeeld.
Dus 12 keer 6 geeft 72, dat vervolgens wordt gedeeld door het rekenkundig gemiddelde, 9, te geven het antwoord 8 die is het harmonisch gemiddelde, de hoogte van de ruimte.
Een andere manier om dit te doen, als je niet als eerste het rekenkundig gemiddelde wil vinden, is de grotere vermenigvuldigen met de mindere, 12 x 6 = 72, dan is dat resultaat te vermenigvuldigen met twee, 2 x 72 = 144, en vervolgens delen, dat resultaat de som van de twee uitersten (6 en 12):
Dus; 144 gedeeld door (6 + 12), dat wil zeggen, 144 gedeeld door 18 = 8.
Dit kan worden onthouden door de volgende formule;
b = 2AC gedeeld door (a + c).
Hier is een samenvatting van alle drie de Middel:
En een samenvatting van alle drie de middelen, zoals toegepast op Kamers:
Abonneren op:
Posts (Atom)